Althans, zo geldt dat voor mij. Een ander zal zeggen, dat leven genieten is, of strijd, of…….
Ja, al die aspecten en nog zoveel meer, vallen onder het leven. Leven, wat op zich een neutraal gegeven is, maar waar je zelf zin, invulling, betekenis aan moet, kunt geven. Ieder doet dat op zijn manier, met zijn middelen, met zijn mogelijkheden en onmogelijkheden.
Ik ben me er vaak van bewust (word dat steeds meer), dat ik, of ik nu wil of niet, vaak afscheid (moet) nemen van ideeën, situaties, verwachtingen, aannames. Er zijn mensen, die vrienden hebben voor het leven. Al vanaf hun jeugd hebben zij nog steeds contact met elkaar en zijn bevriend gebleven. Ik kijk daar met groot respect naar, dit ken ik niet. Vriendschap vind ik een hoog goed. Ik kijk achterom en zie uitsluitend mijn herinneringen. De mensen die erbij horen, leven hun leven, we leven ieder ons leven, los van elkaar. Ik heb heel wat keren afscheid “moeten” nemen in mijn verleden. Zoals mijn ideeën over God, over geloven, over de bijbel, over mijn waarheden, afscheid genomen van overtuigingen, meningen, maar ook van liefdes of datgene waarvan ik meende, dat het een geliefde was. Ik heb ook afscheid genomen van mensen.
Dit afscheid nemen van, gaat me niet altijd gemakkelijk af, ofwel ik kan beter zeggen, dat het me altijd zwaar valt. Er ging vaak strijd, verdriet, boosheid, gevoelens van onrecht mee gepaard. In het Frans wordt niet voor niets gezegd: “Partir c’est mourir un peu”.In de “new age” wereld is het “loslaten” een veel gehoord begrip. Voor mij is dat “esoterisch gewauwel”. Vanuit die hoek is mij dit, terwijl ik onder tranen was, verschillende keren aangereikt. Het wordt zo gemakkelijk gezegd, maar datgene dat losgelaten zou moeten worden, laat niet op commando los. Het is een proces van luisteren naar jezelf, het verdriet, boosheid of andere emoties, de gelegenheid geven, totdat het uitgewerkt is, ernaar toe groeien. Zelf loslaten, er klaar, rijp voor zijn, zoals je het loslaten van de bladeren aan een boom niet moet forceren, daar is de herfst voor.
Afscheid nemen is soms zo beangstigend, zo pijnlijk en toch…… Ik zie een beeld voor me: Als het ware zie ik ellipsvormige banen, in allerlei kleuren. Op die banen lopen mensen, ik loop er ook. Ik ontmoet iemand, of meerderen. De ontmoeting duurt kort of lang, maar op een gegeven moment, loopt ieder verder op zíjn baan. Ik loop mijn baan, ben soms helemaal alleen, ontmoet dan weer iemand en ga verder. Ik kan niet anders. Niet als in een gebonden wetmatigheid, want ik sta zelf in de meeste gevallen voor die keuze, maar als ik niet doorloop, dan word ik moe, heb geen energie meer, voel me leeg, ben uitgepraat, dan moet ik verder. Verder om te groeien?! De baan waarop ik loop, leidt me meer en meer in een eenzaamheid. Maar het is een eenzaamheid, die mij verrijkt, waar ik van leer, waar ik nieuwe ontdekkingen doe. Waar het woord eenzaamheid misschien niet eens meer op z’n plek is. Of ik zou moeten zeggen: “Ik ben één met mijzelf, samenzijn met jezelf in vrede”. Dan krijgt eenzaamheid een andere betekenis. In het Noors is er een uitdrukking: Når du snakker med dig selv, snakker du med en bra man”. Als je met jezelf praat, praat je met een goed mens.
Na het afscheid nemen van iets, van iemand, komt er ook weer een nieuwe fase, ontstaat er uiteindelijk ruimte, vrijheid, voor het kunnen vervolgen van mijn weg. Waarbij ik in dankbaarheid achterom kijk, voor datgene wat achter me ligt en goed was, dierbaar voor mij en/of wat een leerproces is geweest.
Het is Pinksteren. Ik zie voor me, hoe Jezus zijn vrienden verliet, die in diepe radeloosheid achterbleven. Tot bij hen, met Pinksteren, het inzicht doorbrak. Op dat moment WISTEN zij, dat hun Jezus niet anders KON. Nu konden ze zelf weer verder en brak er een nieuwe fase aan.